Panne, panne, panne, pech, pech, pech - Reisverslag uit Vientiane, Laos van Arthur & Janneke - WaarBenJij.nu Panne, panne, panne, pech, pech, pech - Reisverslag uit Vientiane, Laos van Arthur & Janneke - WaarBenJij.nu

Panne, panne, panne, pech, pech, pech

Blijf op de hoogte en volg Arthur & Janneke

29 Januari 2013 | Laos, Vientiane

Het is drie uur ’s nachts. We zitten op een matje bij een kampvuur. Om ons heen liggen enkele mensen te slapen. Anderen kijken glazig voor zich uit. We schuiven de boomstammen wat verder het vuur in. Ze zijn groot genoeg om het vuur nog enkele uren gaande te houden. Gelukkig, het is namelijk koud. Op de achtergrond horen we het ritmische geluid van een vijl op ijzer. Als je niet beter weet, zou je denken dat er mensen proberen te ontsnappen uit een gevangenis. Maar nee, het geluid komt van een monteur die onder een bus ligt. Onze bus. Die al sinds half twee vanmiddag niet meer rijdt.

Toen de situatie nog enigszins amusant was, grapte Arthur dat ze waarschijnlijk zouden proberen om de bus te repareren met bananenboombladeren en bamboe; materialen die in Laos overal voor gebruikt worden. Deze grap blijkt nu waarheid te worden. De jongens van de bus verdwijnen steeds met zaklampen de bosjes in en keren terug met grote bladeren en stukken bamboe, die ze vervolgens met een machete bewerken. Je zou er bijna om moeten lachen, ware het niet dat we hier al meer dan dertien uur zitten en de bus nog steeds niet gerepareerd is.

We zijn vanochtend rond negen uur vertrokken uit Udomxai voor een rit naar Phongsali; deze zou ongeveer acht uur moeten duren. De bussen in Laos vervoeren niet alleen passagiers, maar fungeren tegelijkertijd als koeriersdienst. Het dak van de bus stond vol met dozen en het gangpad werd die ochtend vol gelegd met grote zakken rijst en knollen. Het was al snel duidelijk dat de zwaar beladen Hyundai-bus grote problemen had om de bergen in het noorden van Laos te beklimmen. Ondanks de afbeeldingen van een strijdlustige Che Guevara hield de bus het na enkele uren ploeteren voor gezien.

De buschauffeur en zijn maatjes rolden kalmpjes een picknick-kleedje uit en gingen eerst even lekker lunchen. Zou het misschien meevallen? Na de lunch kropen ze onder de bus en haalden zo’n beetje alle onderdelen onder de bus uit die losgeschroefd konden worden. Toen ze dit alles hadden uitgespreid op de grond, hielden ze het voor gezien. Er werd een kampvuur gemaakt. Hoe lang zouden we hier nog moeten blijven? De chauffeur was inmiddels aan het bellen en het leek alsof we ergens op aan het wachten waren. Wij hoopten op een vervangende bus, maar de enige jongen in de bus die een beetje Engels sprak, vertelde ons dat er iemand onderweg was met een onderdeel voor de bus.

Vijf uur nadat we waren gestrand, arriveerde een pick-up met twee jongens. Een van hen had een Superman T-shirt aan. Dat gaf ons een beetje hoop. Het bleek de assistent van de monteur te zijn. Ze brachten water, sticky rice, visjes, zeewier en sigaretten mee. De sfeer rondom het kampvuur was vrolijk. Mensen in Laos zijn gewend om zich neer te leggen bij de situatie; ze weten dat het geen enkele zin heeft om je op te winden en doen dat dan ook niet. Niemand stelde vragen aan de chauffeur; ze gingen gewoon rustig zitten wachten. Iets waar wij ‘falangs’ wat meer moeite mee hadden. De eerste acht uur lukte het ons nog aardig om de gelatenheid van de Lao te kopiëren. Het werd echter steeds kouder en de monteur lag inmiddels ook al weer enkele uren onder de bus. Kennelijk was hij helemaal uit Udomxai gekomen. Waarom hij dan niet meteen een vervangende bus had meegenomen, was ons een raadsel.

Tien uren nadat we tot stilstand waren gekomen, werd de bus voor het eerst weer gestart. Hij leek het weer te doen! De vreugde was echter van korte duur. Na honderd meter kwamen we weer tot stilstand, net na een bocht. Aan waarschuwingslichten of gevarendriehoeken doen ze niet in Laos, dus we zijn snel de bus weer uit gegaan. Er werd opnieuw een nieuw kampvuur gemaakt. Een gedeelte van de mensen uit de bus had ’s middags wat geregeld en was opgehaald met auto’s. Nu sprong een grote groep mensen in de laadbak van de auto van de monteur, die door de chauffeur naar Phongsali zou worden gereden. Wij pasten er niet meer bij, maar het idee om in een propvolle laadbak nog vijf uur door het donker en de kou te moeten rijden, sprak ons ook niet echt aan.

Samen met de andere overgebleven mensen gingen we bij het kampvuur zitten. Er werd verteld dat er rond drie uur ’s nachts een bus langs zou komen uit Vientiane met als bestemming Phongsali. Nog ruim drie uur wachten dus. De lol was er nu wel vanaf. Het was koud en we waren doodop. De bus kwam natuurlijk niet om drie uur, maar pas om vijf uur. Wij gingen als eersten de bus in en hadden gelukkig nog een zitplaats. Alle anderen moesten op en tussen de bagage in het gangpad gaan zitten. Slapen zat er helaas nog steeds niet in, aangezien de chauffeur loeiharde muziek aanzette. De rit duurde eindeloos lang met veel stops, waaronder een heel lange waarbij een bestelling van zo’n vijftig dozen van het dak moest worden gehaald en gecontroleerd.

Het was toen nog maar een uurtje rijden naar Phongsali. We kochten een drankje en werden aangesproken door een man met een kaartje in zijn hand: ‘Do you want to go trekking?’ De arme man schrok zich een hoedje toen wij tegelijkertijd keihard ‘No!’ riepen. ‘We just want to go to Phongsali and sleep!’ We hebben onze extreme reactie nog maar even toegelicht en daarna maakte hij zich snel uit te voeten. Gelukkig hadden we de vorige ochtend grote hoeveelheden eten en drinken ingeslagen. Veel te veel dachten we, maar we waren nu erg blij dat we het bij ons hadden. Overigens zijn de mensen uit Laos ontzettend gul; ze delen alles wat ze bij zich hebben. Ook was na aankomst iemand zo aardig om ons vanaf het busstation een lift te geven naar het centrum van Phongsali, drie kilometer verderop.

Hoewel een vertraging van vijftien uur wel het meest extreem was, heeft het ons ook met het overige vervoer in Laos niet meegezeten. Het vervelende is dat de meeste busstations ver buiten het centrum liggen. Daarom moet je altijd combinatietickets kopen bij commerciële bureautjes, waarin de tuk-tuk rit naar het busstation is opgenomen. Zelf een tuk-tuk regelen is vaak niet mogelijk. Je bent dus altijd afhankelijk van andere mensen voor het reserveren van kaartjes en de transfer naar het busstation. De bussen vertrekken bovendien niet op vaste tijden, maar wanneer ze vol zijn. Zo kwamen we maar net op tijd voor de bus van Luang Nam Tha naar Udomxai, die een uur te vroeg vertrok omdat hij al vol was. Wij moesten op plastic stoeltjes in het gangpad gaan zitten. De weg was heel erg bochtig en we moesten ons goed vasthouden aan de andere stoelen om niet om te vallen. Door het gewiebel brak bij Arthur tot twee keer toe een poot van zijn stoel af. Gelukkig duurde de rit maar drie uur.

In Phongsali konden we zelf naar het busstation lopen voor de bus naar Hat Sa, vanwaar we onze boottocht over de Nam Ou zouden starten. De bus zou om acht uur vertrekken, maar om zeven uur stond er al een grote groep schoolkinderen en er kwamen steeds meer mensen bij. Dat paste nooit in het kleine busje dat klaar stond. We moesten wachten totdat er twee extra bussen opgetrommeld waren. Je zou denken dat de begeleidende leraar van tevoren had kunnen laten weten dat hij daar met zo’n veertig kinderen zou arriveren. Maar nee, dit is Laos, daar doet men niet aan plannen.

Na deze onfortuinlijke ritten hebben we – waar mogelijk – gebruik gemaakt van minibusjes die speciaal voor toeristen worden ingezet. Die zijn soms wat krap, maar wel een stuk sneller en betrouwbaarder. Alleen op de route van Phonsavan naar Vientiane was dit niet mogelijk. En ja hoor, ook hier ging weer wat mis. Een vrouw stapte een paar uur voor Vientiane uit en bleek een bagagestuk te missen. Waarschijnlijk was het onderweg van het dak gevallen, want de bagage lag er los op. Na een uur discussiëren en wachten, werd er wat geld overhandigd en konden we weer vertrekken. Janneke is nog wel even op het dak geklommen om onze eigen tassen er wat beter op te leggen.

In Vientiane namen we een zogenaamde slaapbus naar Pakse. Dat zou een luxe VIP-bus moeten zijn met bedjes. Nou, dat viel een beetje tegen. Vol jaloezie keken we naar de luxere versies die naast ons op het busstation vertrokken. Wij hadden een bedje van 1,5 bij 1 meter, geen gordijnen en geen ruimte voor onze tassen. De vreugde over een toilet in de bus werd ook wat getemperd toen hij niet op slot bleek te kunnen en Janneke steeds met deur en al de bus in viel tijdens het schokkerige rijden van de bus. Haar knieën zijn nu nog blauw.

De boottochten over de Nam Ou waren een verademing ten opzichte van de busritten in de zin dat we ons voortdurend voortbewogen. Maar echt comfortabel waren ze ook niet te noemen. De kleine boten worden volgepropt totdat er echt niets of niemand meer bijpast. We hebben zelfs een keer een brommer, twee fietsen en een karretje aan boord gehad. Samen met een stuk of 25 mensen. Maar de uitzichten waren fantastisch. Over de mooie natuur en de relaxte momenten in Laos (want ja, die waren er gelukkig ook) meer in het volgende blog!

  • 02 Februari 2013 - 09:20

    Kim:

    Yeh, zeg wat een verhaal. Wel een hele unieke ervaring. Groetjes Kim

  • 02 Februari 2013 - 09:53

    Odile:

    Wat een avontuurvolle busritten zeg. Ik ben toch wel blij dat Nederland toch betrouwbaarder is. Ik zal nu wel wat geduldiger zijn als de bus 1 minuut later weg rijd of als hij net voor mijn neus vertrekt. De bus komt 10 minuutjes later toch weer. Ik ben blij dat jullie de ritten heelhuids door zijn gekomen want op plastic stoeltjes in een gangpad zitten is niet echt veilig. De natuur ziet er inderdaad heel mooi uit :-))

  • 02 Februari 2013 - 10:32

    Leo:

    Ach wij hebben gedoe met de Fyra ;)

    Leuk openbaar vervoer, maar jullie zijn er weer goed vanaf gekomen!

  • 02 Februari 2013 - 13:04

    Bas:

    Idd Leo de fyra hier is ook niet alles.... :D

    Jeetje, wat een toestanden. Blij om te zien dat op de boot foto nog gelachen kan worden!!

    Veel geluk gewenst! gr,

    Bas

  • 02 Februari 2013 - 15:03

    Rutger:

    Zo ga je weer waarderen hoe goed en makkelijk het openbaar vervoer in Nederland is. jullie verhaal doet me denken aan een nog ergere versie van de Suriname busjes.

  • 02 Februari 2013 - 21:25

    Ingrid:

    Ha Janneke en Arthur,

    Nou er valt genoeg te beleven zeg! Zo extreem als jullie het hebben gehad, kan ik me niet herinneren van mijn tijd in Ghana. Maar wel dat de busjes (trotro genaamd) ook altijd zo vol mogelijk werden geladen met mens, dier en bagage. En hoopte je ergens vroeg op bestemming te komen bv voor een mooi fotomoment, had je toch echt vette pech als er weinig passagiers waren, dan kon je uren wachten bij t busje tot t vol genoeg was....daar ging dan je plan. En kapotte busjes, lekke banden of dat je gewoon door de vloerheen de weg voorbij zag komen was vrij gebruikelijk. Maar ja, inderdaad mooie omgeving doet veel goed. En vriendelijke mensen ook.

    Hopelijk vanaf nu weer wat meer geluk in de reis qua vervoer. Blijf toch vooral genieten en pas op voor de zon, want verbranden is niks!

    Liefs Ingrid

  • 05 Februari 2013 - 21:44

    Manuela:

    En dan willen wij hier nog wel eens klagen over het openbaar vervoer!!
    Kan altijd erger dus,.......ach jullie zijn weer een (vervelende) ervaring rijker :-)

  • 22 Februari 2013 - 19:21

    Rob:

    Jongens, wat een pech! Hebben jullie wel een Christoffeltje bij je?
    Toch wel leuk verhaal om te lezen! Enne... het beste vermaak ik leedvermaak!
    Groeten, Rob

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Arthur & Janneke

Nadat we in de periode 2004-2006 allebei individueel een lange reis hebben gemaakt - Arthur in Zuid-Amerika en Antarctica en Janneke in Australië, Nieuw-Zeeland en Thailand - gaan we nu samen de wereld verkennen.

Actief sinds 04 Sept. 2012
Verslag gelezen: 468
Totaal aantal bezoekers 72556

Voorgaande reizen:

01 September 2012 - 23 Mei 2013

Rondje Azië

Landen bezocht: